Nieuwe taakverdeling civiele veiligheid goedgekeurd

Civiele Bescherming
Brandweer
Hervorming
Op 28 maart 2014 heeft de Ministerraad het ontwerp van Koninklijk Besluit dat de opdrachten verdeelt tussen de hulpverleningszones en de operationele eenheden van de Civiele Bescherming goedgekeurd.

Waarom een nieuwe taakverdeling?

De hulpverleningszones treden in werking op 1 januari 2015. Het Koninklijk Besluit van 2003 tot verdeling van de opdrachten moest herzien worden omdat de zones meer operationele capaciteiten en dus andere verwachtingen ten aanzien van de operationele eenheden van de Civiele Bescherming zullen hebben.

Het ontwerp van Koninklijk Besluit drukt een functionele integratie uit van de twee onderdelen van de lokale en federale Civiele Veiligheid, op basis van de complementariteit van hun opdrachten. Dit ontwerp werd voorbereid door de Algemene Directie Civiele Veiligheid in nauw overleg met de Algemene Directie Crisiscentrum, de Civiele Bescherming en de brandweerfederaties die het goedgekeurd hebben.

Hoe?

Alle opdrachten van de hulpverleningszones zijn vastgelegd in de bijlage van het ontwerp van besluit op basis van het Koninklijk Besluit van 2012 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de snelste adequate hulp en van de adequate middelen. Het ontwerp voorziet dat de zone, voor de uitvoering van deze opdrachten, beroep kan doen op een andere hulpverleningszone of op een operationele eenheid van de Civiele Bescherming. De versterking die de Civiele Bescherming zal bieden aan de zones wordt vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen elke zone en de betrokken operationele eenheid. Deze overeenkomst bepaalt de versterking en de gespecialiseerde middelen die ingezet moeten worden, alsook het dienstenniveau (SLA). Deze overeenkomst kan ook voorzien dat een operationele eenheid bepaalde dringende opdrachten van een hulpverleningszone uitvoert als voorpost.

Men kan spreken van een echte complementariteit "op maat" die rekening houdt met de situatie en de middelen van elk van beide partijen, op basis van de risicoanalyse van elke zone.

De voornaamste en prioritaire opdracht van de operationele eenheden van de Civiele Bescherming is de gespecialiseerde technische ondersteuning van de hulpverleningszones. Deze opdrachten zijn ook opgesomd in de bijlage van het Koninklijk Besluit en worden automatisch uitgevoerd door de operationele eenheden in overleg met de leider van de operaties van de betrokken zone.

De suprazonale gespecialiseerde opdrachten

Het ontwerp van Koninklijk Besluit creëert een kader om op federaal niveau de technische en operationele voorbereiding van bepaalde suprazonale gespecialiseerde opdrachten die bepaalde hulpverleningszones en operationele eenheden uitvoeren, te coördineren: Adviseurs Gevaarlijke Stoffen (AGS), spoorwegongeval, ... De directie van de operaties van de Civiele Bescherming wordt daarmee belast, samen met het Crisiscentrum en het Kenniscentrum voor de Civiele Veiligheid (KCCE).

Er is een opvolgingscomité voor deze nieuwe opdracht opgericht met vertegenwoordigers van de zones en de Civiele Bescherming.

In geval van versterking, behoudt de hulpverleningszone de leiding over de operaties

Totnogtoe voorzag de reglementering dat een brandweerdienst die versterking vraagt, de leiding over de operaties moet afstaan als de officier die ter versterking komt een hogere graad heeft. Deze situatie had soms tot gevolg dat de versterking te laat opgeroepen werd.

Het ontwerp voorziet dat de operationele leiding bij de officier van de zone die ter plaatse aanwezig is, blijft, ongeacht de graad van de officier van het team dat versterking biedt, van een andere zone of van de Civiele Bescherming.
In geval van een noodplanningsfase is er ook voorzien dat de functie van directeur van de commandopost van de operaties (Dir-CP-Ops) vanaf 2017 voorbehouden is aan een officier die een opleiding gevolgd heeft. Het KCCE is belast met de voorbereiding van deze opleiding, samen met het Crisiscentrum.

De andere specifieke opdrachten van de Civiele Bescherming zijn ook vastgelegd in het Koninklijk Besluit. Het betreft met name de alarmering van de bevolking via de sirenes, de ondersteuning van de politie en de gerechtelijke overheden, de verdeling van maaltijden in gevangenissen bij stakingen, en het beheer van de nationale voorraden (jodiumtabletten, schuim, zandzakken).

Meer info: